Wat maakt deze dans herkenbaar? Wat is typisch, onderscheidend of kenmerkend?
Snel rond de vloer draaien en huppelen. Enige ballroomdans waarbij de paren soms met twee voeten gelijk van de grond komen. (Dus als je eens van de grond wil…)
Voorbeelden
Mr. Rock and roll van Amy MacDonald
Daar bij de waterkant – Havenzangers
Nine to five – Dolly Parton
BPM: 49-52 (Maat: 4-kwartsmaat, 4/4; slow -quick-quick-slow)
De naamgeving zal wel gebeurd zijn om in opvolging van de Foxtrot de snelle versie (van de Slowfox) te omschrijven. Het zal wel niets met parketvloer of wielrennen te maken hebben…
(We zochten bij voorkeur korte en duidelijke filmpjes, zonder veel show, spektakel en competitie.
Betere suggesties zijn welkom.)
Het is een snelle en vrolijke dans. In het begin van de 20ste eeuw was is in Frankrijk de revue tot ontwikkeling gekomen. De Parijse revuetheaters zoals de Folies-Bergère en de Moulin Rouge waren wereldberoemd. Het idee van de revue sprak Florenz Ziegfield bijzonder aan. Hij stichtte in 1907 in Amerika zijn Ziegfield Follies. In zijn revuetheater traden de grootste sterren op en werden songs gebracht van beroemde componisten als George Gershwin, Cole Porter en Irving Berlin.
Eén van de sterren van Ziegfield Follies was Harry Fox. In 1914 bracht hij op de destijds populaire ragtime-muziek een geheel eigen nieuwe dans: een "trot" (drafdans). De trot van Fox sloeg in en nog in hetzelfde jaar demonstreerde een dansleraar uit New York de foxtrot in Londen.
De dans werd gepolijst en bijgeschaafd, de sprongen en capriolen werden geschrapt en figuren als de twinkle en de chassé werden er bijgevoegd. De foxtrot nam zijn plaats in onder de ballroom dansen.
In 1924 gaf men deze dans de naam Quick Time Foxtrot, omdat de muziek voor deze dans te snel gespeeld werd om de figuren van de slow foxtrot op te kunnen dansen.
In de jaren dertig werd de foxtrot op steeds langzamere muziek gedanst: de langzame vorm van de foxtrot in Engelse stijl kreeg de (logische) naam Slow Foxtrot.
Daarnaast werd de vlugge foxtrot opnieuw gestandaardiseerd en deze dans in Engelse stijl kreeg in 1927 de naam Quickstep. De quickstep is dus de snelle opvolger van de foxtrot. Charleston, Black Bottom en Shimmy hebben ook veel invloed op deze dans gehad.
Het ritme van de quickstep is ook anders. Hij wordt gedanst als slow-quick-quick-quick. Dit ritme heeft dus een quick extra vergeleken bij de slow foxtrot. De basis van de quickstep is stap-zij-sluit-zij.
De quickstep in uitgegroeid tot een van de meest gedanste dansen. Het is ook een van de eerste dansen die je leert in de dansles. De quickstep staat ook nog wel eens in boeken onder de naam 'vlugge foxtrot'.
Het is een progressieve dans, (er wordt gebruik gemaakt van de hele dansvloer). We dansen in tegenwijzerzin. Snelheid, bewegen en draaien staan centraal. Het geheel heeft een vlot vloeiend karakter .
De boston en de one-step waren de eerste twee dansen die gebaseerd waren op een pas (of een aantal passen) naar voren over de hak, gevolgd door twee of meer passen naar voren op de bal van de voet. Later werden deze passen vervangen door een voet kruiselings achter de andere te zetten: de locksteps.
Typerend voor de Quickstep is dat beide voeten tegelijkertijd los komen van de vloer. De beide danspartners moeten dit synchroon doen en precies gelijktijdig los komen van de dansvloer.
Tegenwoordig wordt veel gebruik gemaakt van hopjes, rennen, veel momentum en snel en veel draaien. Dit is vooral mogelijk gemaakt door het gebruik van tussenmaten. Op lager niveau is dit allemaal in veel mindere mate aanwezig.
Als het ritme te snel is voor Jive kan je er vaak wel een goeie Quickstep op dansen.