Het eiland Java is een van de eilanden van de Indonesische archipel. Vanaf 1945 maakt het deel uit van de onafhankelijke 'Republiek Indonesia'.
Er zijn veel verschillende dansstijlen op Java. De belangrijkste stijlen zijn de Pasundan- of Sunda-stijl, de Javaanse en de Oostjavaanse stijl.
Uit de versmelting van oud-inheemse en Voor-Indische culturen ontstond een Hindoe-Javaanse beschaving.
In de huidige Javaanse danskunst vinden we nog Hindoe-invloeden terug, zoals de fraaie handhoudingen. In deze Hindoe-Javaanse tijd kwamen voornamelijk dansdrama's met maskers aan de hoven voor.
Dansen werden in opdracht van een vorst ontworpen met de bedoeling een bepaalde gebeurtenis vast te leggen.
In de 17e eeuw, ten tijde van het vorstendom Mataram werd het geloof algemeen Islamitisch (Mohammedaans). Pas toen begonnen de dansen de vormen aan te nemen zoals wij die nu kennen. Mataram splitste in vier vorstendommen, die zich vestigden in Surakarta (Solo) en in Yogyakarta (Yogya). Men kent dan ook nu nog twee verschillende dansstijlen, die van Surakarta en die van Yogyakarta.
In de klassieke Javaanse dans zijn er vrouwen- en mannendansen. Men onderscheidt bij de mannendansen de vormen: Gagahan: verheven en krachtig, en Halusan: edel en verfijnd.
In de Surakarta stijl gaan in de Gagahan de bewegingen soepeler en vloeiender in elkaar over dan bij de Yogyakarta-stijl. Die lijkt eerder hoekiger en afgebroken. Ook in de verfijnde mannendans is de Surakarta-stijl soepeler. Bij de vrouwendans is het verfijnde karakter van beide stijlen gelijk. Het verschil zit in de bewegingen, die typisch Surakarta- of Yogyakarta-stijl zijn.
De klassieke Javaanse dans ontleent veel verhalen aan de Hindoe-tijd. Zij hebben wortels in India. De dansen beelden over het algemeen Ramayana- of Mahabharata-verhalen uit, en figuren die in legenden en in de historie van Java voorkomen.
In de vroege geschiedenis van Java waren er al 'wayang'-voorstellingen. Het woord is afgeleid van 'bayangan', wat uitbeelding betekent. 'Wayang' is een plastische uitbeelding en verering van de voorouders. Het 'wayang kulit' schaduwschimmenspel is een voorstelling waarin de voorouders worden uitgebeeld met buffelhuiden poppen. Met een lamp worden de schaduwen van de poppen op een scherm geprojecteerd. De poppenspeler of 'dalang' vertelt het verhaal.
Naast de sacrale dansen en de dansdrama's zijn er volksdansen, zoals de 'ronggeng'-dans, een vrouwendans om de koning en de edelen te vermaken. Buiten de paleismuren werd deze dans de 'tledek' genoemd.
(We zochten bij voorkeur korte en duidelijke filmpjes, zonder veel show, spektakel en competitie.
Betere suggesties zijn welkom.)